“Wil ik dit nog wel tot aan mijn pensioen?” Een vraag die met regelmaat op popte bij onze plaatselijke groenteboer Carl Graumans (59). “Ben ik nog tevreden?” Ook dat was een vraag die Carl wel eens aan zichzelf stelde.
Dit soort overpeinzingen en overwegingen maakte Carl steeds vaker. Zijn winkel Komkommerin tegenover de kerk, was al 21 jaar een vaste waarde in de middenstand van Bavel. Per 1 december jongstleden heeft hij zijn deuren gesloten.
De handel in groente heeft Carl met de paplepel meegekregen. Zijn opa handelde in kolen, die hij huis aan huis verkocht. Van lieverlee ging hij ook groente uit eigen moestuin erbij verkopen. De ouders van Graumans, startten een kruidenierswinkel. Eerst aan de Valkenierslaan en later aan het Erasmusplein te Breda. Kleine Carl had vanaf zijn elfde jaar een bijbaantje. Hij werkte als hulpje bij de groentekar van Toon Schraven. De voorliefde voor verse producten, maar ook het makkelijk contact maken met klanten. Hij kreeg het als vanzelf mee.
Graumans was 25 jaar toen hij een aanbod kreeg om een groentezaak op te zetten op de Apenrots in de Haagse Beemden. Acht jaar had hij daar zijn groentekraam, om er daarna een te starten in het winkelcentrum van Etten-leur. Eenentwintig jaar geleden begon hij de Komkommerin aan de Kerkstraat.
Versproducten, daar stond Carl altijd voor. “Kijk, ik verkocht een rode kool, als kool, maar ook gesneden, en ook “kant en klaar”. Die maakte Graumans zelf met laurier en kaneel. Trots was hij ook op het feit, dat hij zijn producten van dichtbij haalde. De asperges, aardbeien en champignons bijvoorbeeld kwamen van lokale telers. Dat heeft Graumans altijd belangrijk gevonden. Naast de gezelligheid van de vele contacten met de klanten. “Ik deelde vaak lief en leed met ze”, zegt de goedlachse Graumans. Dat gaat hij zeker missen.
“Ondernemen is een beslissing nemen” legt hij uit. Stijgende energiekosten, stijgende personeelskosten, en een omzet die stagneerde. “Dat zet je aan te denken, en ook dat is ondernemerschap”, aldus Graumans. Feit was dat Graumans lange dagen maakte. Zijn werkdag startte steevast om 6.00u en dan tot in de avond. De zondag was zijn enige rustdag in de week. “Jah, en dan hoorde ik weer van een bevriend stel, wij gaan een weekendje weg samen”. Kijk, dat wil ik ook wel, meer vrije tijd en meer tijd voor mijn echtgenote. Vandaar dat de overpeinzing “Wil ik dit nog tot aan mijn pensioen?”, steeds vaker zijn gedachtes ging beheersen.
In de maand december gaat Carl eerst eens tot rust komen. “Op zaterdag rustig mijn krant lezen, en met kerst lekker thuis”. Daarna? Hij ziet wel. Zichzelf kennende, is hij ervan overtuigd dat hij wel een andere baan gaat vinden. In het groen? Iets sociaal maatschappelijks? Hij weet het niet.
Verheugd weet hij te vermelden dat zijn groentezaak wordt overgenomen door Cas Schalkx, uit Dorst. De winkel zal met Schalkx meer de traiteur-kant op gaan.
Aan het einde van het gesprek moet Graumans weer snel verder. Naast zijn druk bestaan als groenteboer vergt zijn rol als de Bavelse goedheiligman ook nog enige voorbereidingen……
Comments